Brussel is het Atomium, Manneke Pis, de Heizel, parking problemen waar Antwerpen lessen uit kan trekken en de bioscoop. Dan spreken we natuurlijk niet over de Kinepolis, die ook op diezelfde Heizel zit genesteld, maar over de iconische bioscoop pal in het centrum van Brussel. UGC De Brouckère is sinds jaar en dag de toevlucht voor menig film fanatici uit de hoofdstad, maar het is ook de thuisbasis van een impressionant en goed verborgen stukje geschiedenis. Maak kennis met Grand Eldorado.
Dit keer geen mysterieuze en ontoegankelijke locatie, geen tunnels noch grotten waar we eigenlijk niet horen te zitten. Ook geen verhaal van monsters, spoken of slachtoffers van één of ander drama. Neen, dit is het verhaal van een soort publiek geheim, een geheim dat er eigenlijk geen is maar waarvan je echt moet weten dat het bestaat wil je ervan kunnen genieten.
Soms zijn de mooiste schatten pal voor je ogen te vinden, je moet gewoon weten waar je moet kijken.
Onder het motto “we moeten mee met onze tijd” besloten enkele ondernemers in het jaar 1906 een bioscoop op het De Brouckèreplein neer te poten. Een bioscoop, omdat ik niet meteen een ander woord kan vinden, maar het was uiteindelijk niets meer dan een woning waarvan de ramen werden dichtgemaakt en waar men naar een film kon gaan kijken. De Cinéma Américain werd geboren.
Met een totaal gebrek aan concurrentie en een aanbod aan ontspanning dat in die tijd in 1 zin samen te vatten was, groeide Cinéma Américain uit tot een heuse successtory. Er ontstond een heuse bioscoop-hype en de eerste concurrenten veroverden al snel de harten van de Brusselaars. Vastbesloten dat niet te laten gebeuren, besloot de eigenaar in 1931 om de aanpalende gebouwen te kopen en het geheel te gaan renoveren. Samen met de meest gerenomeerde architecten werden plannen gemaakt voor een grootse (meer dan 2700 zitplaatsen) en vooral luxueuze filmzaal. Verschillende balkons, art-deco interieur met een overdaad aan gouden details & exotische motieven en een VIP lijst waarop onder andere Koning Albert 1 terug te vinden was. Bij de officiële opening, in 1933, werd meteen duidelijk dat deze plaats de referentie voor het filmgebeuren in België moest gaan worden. Onder de nieuwe naam “Grand Eldorado” groeide de zaal uit tot het Knokke van het bewegende beeld. In de daarop volgende jaren werden de aanpalende gebouwen gekocht en tijdens de bruisende 70ies werd de grandioze zaal verbouwd tot 8 aparte en kleinere zalen.
Van de luxe bij opening, bleef in de jaren 90 nog slechts een schim over en gebukt onder de slechte papieren moest Grand Eldorado de deuren sluiten. De groep UGC kocht het geheel over en renoveerde het volledige complex tot wat we nu als de UGC De Brouckère kennen.
Een modaal business-verhaal, niet echt op zijn plaats hier?
In diezelfde jaren werd eveneens besloten dat het art-deco sierwerk uit Grand Eldorado beschermd moest worden en het kreeg dan ook die beschermde status. UGC heeft de boel dan wel grondig gerenoveerd (en doet dat nog steeds trouwens) maar in 1 zaal is het alsof de tijd stil is blijven staan. Wie binnen gaat in die ene zaal, keert 80 jaar terug in de tijd en voelt zich even bij de beau monde van la capitale de Belgique. Die ene zaal, is zaal 7. Zaal 7 bevat nog alle originele elementen van de originele Grand Eldorado en UGC doet er dan ook alles aan om dit alles in een zo goed mogelijke staat te houden. Wie er naar een film gaat kijken, mag dan ook genieten van een extra visueel spektakel, namelijk die van de zaal zelf.
Helaas weet je nooit op voorhand in welke zaal welke film wordt gespeeld dus is het altijd een beetje op goed geluk werken, maar wie weet ben je ooit wel bij de gelukkigen.
Zit het je echt niet mee en slaag je er maar niet in een film te kiezen die in zaal 7 wordt vertoond? Geen nood, UGC organiseert op regelmatige tijdstippen rondleidingen doorheen de zaal, zodat ook niet-filmliefhebbers een graantje kunnen meepikken van de schoonheid uit die tijd.
Soms zijn de mooiste schatten pal voor je ogen te vinden, je moet gewoon weten waar je moet kijken.